Er kon geen ambulance met loeiende sirenes voorbij rijden of ik zat als klein meisje gespannen
in de auto naast mijn moeder met de vraag of we hem alsjeblieft konden volgen. Wat was er aan
de hand? Wat was er gebeurd? Ik moest het weten. Uiteraard gingen we de ambulance nooit achterna. En bezocht ik thuis weer de website p2000 of ik er ook maar iets te weten over kon komen. Toen ik 13 was en ik mijn vakkenpakket op school moest kiezen was de keuze dan ook vrij snel gemaakt. Ik werd verpleegkundige.
Ik was 16 jaar toen ik startte met de opleiding verpleegkunde. Ik heb in verschillende sectoren stage gelopen. Zo heb ik kennis gemaakt met het ziekenhuis, de thuiszorg, het verpleeghuis en de revalidatie. Gaandeweg kwam ik erachter dat ik op dat moment niet iemand was voor op de ambulance. Je bouwt geen band op met de patiënt. Weet vaak niet hoe het afloopt. Ik vind het contact met de patiënt leuk. Niet voor jaren maar wel voor een langere periode. Nadat ik de opleiding had afgerond moest ik ineens bedenken waar ik wilde gaan werken. Ik dacht terug aan mijn stageperiodes. De plek waar ik mij het meest thuis en veiligst heb gevoeld was op dat moment de stage in de revalidatie bij Reade.
Ik werk op de afdeling neurorevalidatie, amputatie en trauma. Al vanaf het begin wekte neurorevalidatie mijn interesse. Ik ben nu dan ook bezig met de opleiding tot neuroverpleegkundige. Een opleiding die me door Reade is aangeboden.
Als verpleegkundige heb ik dagelijks contact met de arts, fysiotherapeut, ergotherapeut en enorm veel andere disciplines. Ik werk dan ook echt intensief samen met die disciplines. Niemand wordt gezien als ‘beter’ of ‘hoger’. Samen met de revalidant vorm je één team en werk je aan één doel, het hoofddoel van de revalidant.
Het blijft apart en tegelijkertijd ook zo bijzonder dat wanneer er een revalidant opgenomen wordt, je eerst compleet vreemden van elkaar bent. En dat je in een zeer korte tijd een hechte band met elkaar opbouwt. De revalidant die het vertrouwen uitstraalt naar de verpleging en de verpleging die vaak zo intens meeleeft met de situatie. De situatie waar de revalidant in terecht is gekomen. Maar ook de situatie waar het sociale netwerk zich ineens in bevindt.
Het verpleegkundig beroep is zoveel meer dan iemand helpen met wassen en aankleden, een infuus klaarmaken of de wonden verzorgen. De verpleegtechnische handelingen zijn een klein onderdeel van heel groot takenpakket. Jij bent de persoon die de revalidant het meeste ziet. Waar ze tegen ‘aan kunnen schoppen’. Maar ook ben jij degene die ze het luisterend oor biedt en klaar staat met een schouder om op uit te huilen.
Je moet op allerlei vlakken kunnen incasseren. Heel veel incasseren. Vaak genoeg zijn er momenten dat ik me afvraag: Waarom doe ik dit ook alweer? Waar ben ik mee bezig? Als er een revalidant of familielid, in de meeste gevallen uit pure onmacht, erg boos is. Of omdat er iemand wordt opgenomen waarvan je weet dat het gezinsleven met twee jonge kinderen nooit meer zal zijn als hoe het ooit was... In één dag ervaar ik als verpleegkundige zoveel verschillende emoties. Ik ga binnen 10 minuten van een kamer waar iedereen heel vrolijk is omdat er zoveel vooruitgang is geboekt, naar een andere kamer waar ze net slecht nieuws te horen hebben gekregen. Toch probeer ik de dag áltijd te beginnen met een lach. Want als je denkt aan de dankbaarheid van de revalidant en/of familie dat schuilgaat achter het grote verdriet weet ik weer waarom ik dit werk doe.